Sinds de jaren negentig is Patrick Petersen (oprichter van bureau AtMost) begonnen met wat nu online marketing heet; les geven op de universiteit, handboeken schrijven en een eigen bureau om de praktijk te leren. ‘Ik vind het dat teveel mensen praten over het vak en te weinig het gewoon doen’.
Je hebt weer een nieuw deel geschreven van het Handboek online marketing, het zevende alweer. Is het belangrijk bij marketing om de theorie goed te beheersen?
,,Ik geloof in de combinatie van theorie en praktijk en zou zeggen dat ik zelf modern traditioneel ben; ik begin altijd met de nog relevante basis van onder andere Porter en Kotler, maar voeg de moderne online marketingkennis toe. Uiteindelijk zijn er zoveel factoren die de effectiviteit bepalen, dat je daar altijd op moet focussen; het is een heel praktisch vak. Ik geloof in het systeem met gildes waarbij je eerst een paar goede boeken leest, daarna lesgeeft, dan cases doet en vervolgens een paar jaar in de praktijk aan de slag gaat voordat je jezelf marketeer mag noemen. Dat proces zou tien jaar moeten duren. Je moet echt een beetje freaky zijn om te snappen hoe je met jouw middelen de boel optimaliseert, daar moet je zelfs buiten werktijd ook mee bezig zijn.”
Denk jij dat bedrijven en merken juist in deze periode nog scherper letten op de effectiviteit van online campagnes? Denk je dat traditionele bedrijven die transitie kunnen maken?
,,Je ziet dat alle grote bedrijven platformen worden, de Bol.coms, Ebays, Alibababa’s en Ubers krijgen steeds meer macht. Ondertussen moeten wat meer traditionele bedrijven, zoals banken, verzekeringsmaatschappijen en retailers ook mee, maar dat kost tijd. Ze moeten mensen aan de top zetten die de transformatie kunnen maken en wellicht wel vier, vijf jaar een beperkte marge kunnen accepteren om die overgang te maken om het schip definitief de andere kant op te sturen. Wie heeft dat lef om een paar stappen terug te doen om er straks drie vooruit te zetten?”
Hoe kan het dat sommige bedrijven zo laat inzien dat ze moeten veranderen?
,,In 2003 zat ik – na een lang voortraject – aan tafel bij de mensen achter Vendex. Natuurlijk wilde ik wilde hen overtuigen om aan e-commerce te doen, maar ik werd op een nette manier uitgelachen. Ze vonden dat het allemaal wel goed ging en de concurrentie had online nog maar weinig marktaandeel en ook was het druk op de winkelvloer. Ze hadden toen op scherp moeten staan natuurlijk, maar misschien hield iets anders hun bedrijfstak in leven zoals lage huren voor panden.”
Wat is er veranderd tijdens de coronaperiode?
,,De coronatijd brengt ons terug naar de reële economie; je ziet dat alle extra’s er een beetje uitgaan en we terugkeren naar de basis: er is een product en dat moet je voor een goede prijs aan mensen verkopen. Ik geloof wel in het koppelen van het gedachtegoed van Philip Kotler aan goede, moderne online klantmodellen. Toevallig kijk ik, terwijl ik jou spreek, naar een logistiek bedrijf dat waarschijnlijk tientallen jaren goed heeft gedraaid, maar het consumentengedrag is veranderd en ook platformen hebben impact op bijvoorbeeld de logistieke sector. Je moet dus mensen hebben in dat bedrijf die meekunnen met die nieuwe consument en dan heb je managers nodig die het aankunnen dat de klant bepaalt.”
Zijn er traditioneel denkende bedrijven die online meekunnen?
,,Je hebt organisaties die er wel een webshop hebben bijgezet zoals de Bijenkorf, maar dat zorgde ook voor een ‘ernaast-cultuur’ en na een tijdje moet die cultuur leidend worden. Banken hebben bijvoorbeeld ook zo’n online cultuur met nieuwe denkers, maar ze hebben ook een leemlaag van mensen die op een traditionele manier denken. Daartussenin zit een groot gat en dat kan je alleen oplossen door leiderschap van mensen die nog niet zijn uitgevonden. Ik ken die mensen niet. Jij?”
Misschien een type Ronald Koeman die beide generaties bij Oranje begreep en zo voor succes zorgde.
,,Ik denk eerder aan Guus Hiddink, dat is een man geweest die dit soort botsingen tussen culturen en leeftijden altijd wist op te lossen. Hij liet de mensen – die het trucje kennen en kunnen – in hun waarde en ging met de spelers die wilden leren aan de slag. Je laat dus de ervaren mensen die online marketing snappen lekker hun gang gaan, die zet je in de basis op de cruciale plekken en de leergierigen zet je daaromheen. Daarom slagen types als Frank de Boer en Jaap Stam niet, ze kunnen geen verschillende culturen en denkers bij elkaar brengen. Je kan wel zeggen: V&D is een familiebedrijf en bestaat al jaren, maar deze historische merkwaarde of jouw oude prijzenkast, zegt jongeren niks.”
Wat vind je een goed voorbeeld van een bedrijf dat helemaal past in de nieuwe economie? Paul Moers roemde bij ons het veelgeprezen Coolblue bijvoorbeeld.
,,Nee, dat vind ik oude economie in een nieuw jasje. Bij Amazon heb je straks hele grote, internationale serviceplatforms staan en die blazen Coolblue gewoon omver. Amazon heeft een lastige start gehad door corona, maar zij kunnen kleine ondernemers echt een perfect platform bieden. Coolblue is gewoon een webshop met hele aardige mensen, V&D in een modern jasje. Hun klantinnovatie staat stil.”
Kan je dat uitleggen?
,,Coolblue was zijn tijd vooruit, maar een consument wil breed vergelijken en niet steeds naar Coolblue zelf geduwd worden. Als ik iets koop bij Coolblue wil ik dat ze alles installeren, ook met een complete servicevraag. Dat lukt ze niet, want het is geen platform dat daar partijen aan koppelt die dat wel voor jou regelen.”
Wat moet er dan concreet gebeuren in jouw ogen om klaar te zijn voor de nieuwe consument?
,,Je moet kritisch kijken naar je eigen cultuur, je moet mensen aan de top hebben die meekunnen in de nieuwe wereld. Daardoor moet je de medewerkers van de ‘ernaast-cultuur’ leidend maken. Als tweede moet je goed kijken naar platforms en hoe ze zo groot zijn geworden in korte tijd, denk aan Facebook en LinkedIn. Dat werkt toch prima; ik zit op Facebook en weet perfect waar ik iets moet kopen; ik zit daar al tien jaar op en heb vertrouwen in het kanaal.”